In de Bang 36-vorm vinden we technieken terug van de jian (recht zwaard), de dao (krom zwaard) en de fan (waaier) en daarom klasseer ik hem gemakshalve bij de gemengde wapenvormen. De bang in deze vorm is een gewone korte, rechte stok die je als wapen kan hanteren. Dit in tegenstelling tot de bang die we gebruiken voor het innerlijk werk of de intentionele oefeningen binnen de Hunyuan-stijl, die afgeronde uiteinden heeft en een middenstukje voor Dantian cultivatie.
De vorm bestaat uit drie secties.
De eerste sectie (pos. 1 tem 9) bevordert de ontspanning en de concentratie door de constante herhaling van circulaire bewegingen en een diepe, trage ademhaling. Hier komen al meteen de 5 beentechnieken en 4 van de 8 handtechnieken uit de 13 basistechnieken van TaijiQuan aan bod. Dankzij de bang bewaar je zonder dat je het beseft de juiste afstand tussen de handen en de voeten. Hierdoor kan je van in het begin focussen op het interne werk. Met de bang ervaar je al snel dat er 'iets' beweegt in het lichaam.
In de tweede sectie (pos. 10 tem 19) trainen we algemene soepelheid en de kracht van de gewrichten. Deze sectie is opgebouwd rond de draaiende, spiraalbewegingen uit de Chen-stijl (silk reeling, chansigong). De bang wordt hierbij constant gewenteld en gedraaid tussen de handpalmen en bevordert zo de gevoeligheid en soepelheid van de vingers, polsgewrichten, en de kracht van arm- en rugspieren. In deze sectie werk je met alle 13 basistechnieken van TaiJiQuan, dus ook met de 4 andere handtechnieken (cai-lie-zhou-kao).
In de derde sectie (pos. 20 tem 36) ligt het accent vooral op het martiale, close combat en zelfverdedigingstechnieken. Deze sectie is dan ook eerder geschikt voor jongere en/of gevorderde TaiJi-beoefenaars.
Namenlijst van de gecombineerde 36-vorm Bang
- Openen
- De boot deint heen en weer
- De visser gooit het net uit
- De regenboog aan de hemel
- De knie borstelen, links en rechts
- De stroom volgen
- De wierookstaaf rechtop plaatsen
- De aap omkeren
- De gouden haan staat op een been
- Op de gong slaan
- De gele draak beroert het water met zijn staart
- De groene draak laat zijn klauwen zien
- De woeste tijger bespringt zijn prooi
- Draaien en keren, links en rechts
- Kayakken
- De spiraal opbouwen
- Het hart beschermen
- Draaien en spiraleren met de vuisten
- De fluit bespelen in ma pu
- De vliegende fluit
- Enkelvoudige zweep
- De pagode ophouden
- Sla de tijger links en rechts
- Schep de maan van de zeebodem
- Waaier door de rug
- Hak de witte slang doormidden
- Su Qin draagt het zwaard op de rug
- Ye Cha onderzoekt de oceaan
- De zwarte beer draait zich om
- Rijden op de tijger
- De witte slang steekt haar tong uit
- Drie verbonden kanonslagen
- Pareren en recht insteken
- De wind veegt de pruimenbloesem
- Boeddha's bewaker stampt in de vijzel
- Sluiten